Lente

Ieder jaar neem ik het me weer voor, “dit jaar trap ik er niet in”. Ik hanteer theoretische mantra’s (21 maart, 21 Maart, 21 MAART),  bekijk winterse foto’s en kleed me voor de zekerheid extra warm.

En toch ga ik ieder jaar de mist in.

Zodra het de eerste week van januari is, verschijnen overal tulpen, en voorjaarsbollen, de zon gaat net die minuut later onder, en dit jaar deed de natuur al helemaal vrolijk mee. En ik? Ik denk alleen nog maar aan de lente.  De tulpen worden dus in huis gezet, ik plan de avonden alweer veel te vol, en loop met open jas naar buiten.

De tweede en derde week van januari lig ik vervolgens ziek onder een dekentje, steek nog wat extra kaarsjes aan, en zet ’s avonds erwtensoep op tafel.

De lente begint op 21 maart, elke mooie dag daarvoor is mooi meegenomen. Het kan nog gaan vriezen, het kan nog gaan sneeuwen, en de ijskrabber kan dus nog niet opgeruimd. En tenzij ik een middag vrij neem, kan ik nog geen lange fietstocht maken na het werk.

En dan nu de winterjas aan en nieuwe tulpen kopen…